Rina

“Als vijf vrienden voor het aperitief samenkomen in een café, praten ze over de zesde, die er niet is: Rina. Het café staat in Beirut, of liever, ligt, en de oorlog is stilgevallen bij gebrek aan brandstof. Zij hebben goed praten, maar wat de vijfde, Dumas, die in een stoel door de roman rolt, wil weten is wat ze met Rina hebben gedaan. Opgeofferd aan de oorlogsgoden en verbrand, of gewoon niet onder de levenden kunnen houden? Waarom durven ze dat niet toe te geven, en wat dat betreft, waarom zegt hij zelf ook niets? Wat heeft de geheime dienst er trouwens mee te maken?

De eerste roman van Sus van Elzen gaat over de politieke economie van wraak, in een Levantijns landschap dat daar een uitstekende voedingsbodem voor biedt. Het had Sarajevo kunnen zijn, maar Beirut was nu eenmaal eerst, in het Midden-Oosten heeft menige moderne moordenaar per slot zijn stiel geleerd.”